Leegstandwet, woning tijdelijk verhuren
In de periode van de crisis op de woningmarkt is de Leegstandwet uitgebreid. Het is mogelijk voor een leegstaande (koop)woning een vergunning op grond van de Leegstandwet aan te vragen. Een huurovereenkomst voor een woning is eigenlijk voor onbepaalde tijd. Wanneer u alleen een vergunning op grond van de Leegstandwet heeft, is tijdelijke (ver)huur mogelijk. De huurovereenkomst moet voor minimaal zes maanden worden aangegaan. Het is op dit moment nog steeds mogelijk een Leegstandvergunning aan te vragen. Als aanvrager moet u kunnen bewijzen dat de woning te koop wordt aangeboden en leeg staat.
Aanvragen van de vergunning
U kunt de vergunning aanvragen door middel van het aanvraagformulier. De aanvraag kunt u opsturen naar het college van burgemeester en wethouders, t.a.v. het team Gebiedsontwikkeling. Er wordt er binnen een periode van zes weken op de aanvraag beslist. Er is géén bezwaar of beroep mogelijk.
Wanneer u er over nadenkt gebruik te maken van de Leegstandwet, is het belangrijk navraag te doen bij uw hypotheekverstrekker. Om de woning te mogen verhuren, zal de hypotheekverstrekker eerst toestemming moeten geven. Dit is een zaak tussen u en de hypotheekverstrekker, niet tussen u en de gemeente.
In de Leegstandwet staat dat in alle gevallen de huurprijsbepaling niet meer geldt. Voor de woningen die te koop staan, die worden verhuurd volgens de Leegstandwet, is de huurprijs dus vrij overeen te komen tussen verhuurder en huurder. Aanvragers hoeven niet meer aan de hand van het puntenstelsel de maximale huurprijs voor de woning aan te tonen. Bij vergunningen die vóór 1 juli 2013 zijn afgegeven, blijft wel de maximale huurprijs gelden wanneer die in de vergunning is opgenomen.
Een vergunning voor woningen die te koop staan wordt voor vijf jaar gegeven. Al eerder gegeven en nog lopende vergunningen hoeven niet meer te worden verlengd. Deze gelden ook voor vijf jaar. Aanvragers kunnen de gemeente vragen dit schriftelijk te bevestigen.
Particuliere eigenaren mogen niet meer dan twee woningen die te koop staan tegelijk tijdelijk verhuren. Dit wordt als geheel beoordeeld, dus niet voor iedere gemeente.
Het is mogelijk om dezelfde woning vaker via de Leegstandwet te verhuren. Hierbij is de eis dat er tussen de perioden van tijdelijke verhuur een periode moet liggen van tenminste vijf jaren. De ruimte moet in die periode op een andere manier gebruikt zijn.
De huurovereenkomst moet schriftelijk worden aangegaan en in de huurovereenkomst moet duidelijk staan:
- dat het gaat om tijdelijke verhuur op grond van de Leegstandwet;
- dat er een vergunning is verleend;
- voor welke periode de vergunning is verleend. In de Leegstandwet is bepaald dat een tijdelijke huurovereenkomst op basis van de Leegstandwet in elk geval eindigt op het moment dat de vergunning afloopt. Opzegging van de huurovereenkomst door de verhuurder is niet nodig. De verhuurder en huurder moeten het schriftelijk aangeven als een van de partijen de tijdelijke verhuurovereenkomst eerder wenst op te zeggen dan de vergunningstermijn. De opzegtermijn van de huurder mag daarbij niet langer dan een maand zijn. De opzegtermijn van de verhuurder niet korter dan drie maanden. De Leegstandwet stelt ook dat er een gewone huurovereenkomst ontstaat als een huurder na het einde van de vergunning met goedkeuring van de verhuurder gebruik blijft maken van het pand. Om deze reden is het verstandig voor verhuurders om de tijdelijke huurovereenkomst voor de zekerheid schriftelijk op te zeggen.
In de Leegstandwet is bepaald dat een tijdelijke huurovereenkomst op basis van de Leegstandwet in elk geval eindigt op het moment dat de vergunning afloopt. Opzegging van de huurovereenkomst door de verhuurder is niet nodig. De verhuurder en huurder moeten het schriftelijk aangeven als een van de partijen de tijdelijke verhuurovereenkomst eerder wenst op te zeggen dan de vergunningstermijn. De opzegtermijn van de huurder mag daarbij niet langer dan een maand zijn. De opzegtermijn van de verhuurder niet korter dan drie maanden. De Leegstandwet stelt ook dat er een gewone huurovereenkomst ontstaat als een huurder na het einde van de vergunning met goedkeuring van de verhuurder gebruik blijft maken van het pand. Om deze reden is het verstandig voor verhuurders om de tijdelijke huurovereenkomst voor de zekerheid schriftelijk op te zeggen.